St. Lawrence rivier, Gaspe en de Fundy baai

Na Quebec vervolgen we de route langs de St. Lawrence rivier aan de westkant langs Ste-Anne-de Beaupre. Hier staat een grote basiliek gewijd aan de heilige  Anne, die volgens overlevering wonderen kon verrichten. In de basiliek hangen krukken etc. van mensen die genezen zijn.

Enkele kilometers verder is een canyon in de St-Anne rivier, deze kun je via 2 bruggen oversteken.

Onze route gaat verder naar Tadoussac, gelegen op de hoek van de Lawrence rivier en de ingang van fjord Saguenay. Vanaf de camping hebben we een prachtig gezicht op de rivier en het fjord, met de verrekijker kunnen we witte dolfijnen zien zwemmen.

Zo'n 40 km voorbij Tadoussac steken we met een veerboot de Lawrence rivier over (90 minuten), ook hier zien we zowel grijze als witte dolfijnen. Vervolgens gaat het langs de rivier verder aan de oostkant op Gaspe, Gaspe is een groot schiereiland(zie foto van de kaart) met mooie kusten, bergen en veel landbouw. Ook zie je onderweg, zoals door heel Canada, veel leegstaande en vervallen huizen en motels. In Pointe-au-Pere is een mooie vuurtoren en een museum over het daar gezonken schip, de Empresse of Ireland. Dit schip onderweg van Liverpool naar Montreal, botste in 1914 tijdens mist op een noors vrachtschip en zonk snel, hierbjj kwamen 1000 personen om. Het schip ligt nog op de bodem van de St. Lawrence rivier en er zijn vele voorwerpen door duikers naar boven gehaald. Ernaast ligt de onderzeeer Onondaga, deze is nog kompleet ingericht en te bezichtigen. Iets verder bezichtigen we de tuinen Jardin des Metis. Op de uiterste punt ligt het Furillon nationale park met o.a. een waterval en Cap de Bon Ami. In het dorpje Perce ligt een grote rots vlak voor de kust. We verlaten het eiland via de brug bij Campbellton, deze brug is de grens tussen de provincies Quebec en New Brunswick. Tegelijkertijd gaat ook de klok weer een uur vooruit en is het verschil met Nederland 5 uur. We overnachten bij Caraquet, ook hier is de taal Frans. We zitten hier n.l. in het gebied waar de eerste Franse immigranten in de 17e eeuw de kolonie Acadie stichten. Op veel huizen wappert de Acadische vlag, dit is de Franse vlag met een gele ster. New Brunswick is de enige echt 2 talige provincie in Canada.

We blijven de kust volgen tot Hopewell Rock en het Fundy nationale park. Deze beide liggen aan de Fundybaai, bekend om het grote getijde verschil tot maximaal 14 meter. Bij Hopewell Rock staan de Flowerpots, rotsen met grillige vormen, ontstaan door erosie.  De rotsen met daarop bomen en struiken zijn bij eb volledig zichtbaar en bij vloed zijn de smalle delen bijna niet meer zichtbaar. Tussen eb en vloed zit zo'n 6 uur, het toegangskaartje is dan ook 2 dagen geldig. Je kunt het strand op en langs de flowerpots lopen tussen 3 uur voor en na eb. De dag erna bij vloed, waait het hard en gaat de zee behoorlijk te keer (video). Het is een prachtig gezicht. Wij zijn hier in het 1e weekend van september en dat is een lang weekend in verband met Labourday, het is tevens het laatste weekend van de schoolvakanties en gezellig druk op de campings. Op weg naar Fundy NP komen we langs de overblijfselen van een oude scheepswerf, hier ligt nu een voorbeeld van de driemasters die hier vroeger gebouwd werden. Ook is er een oude sluis.

Bij Cape Enrage staat een oude (nog werkende) vuurtoren en kun je via trappen (bij eb en 95 treden) het "strand" op.

Het wordt een dagje traplopen want ook bij Herring Cave wacht een trap met 90 treden, vervolgens lopen we een trail langs een beekje met veel hoogte verschil (trappen) en prachtige bemoste stenen en bomen. We kamperen bij Alma en de camping ligt ook ca. 90 treden hoger dan het dorp!.

Vandaag hebben we het vaste land van Canada verlaten zijn op Prince Edward Island aangekomen. Dit is de voorlaatste provincie die we bezoeken.

Groetjes,

Hendrik en Wytske